Intens

24 mei 2017 - Paramaribo, Suriname

Ik duw de simpele deur open die de buitenwereld van de Intensive Care afschermt. Geen sluizen, geen elektronische sloten, gewoon een deur. Na de drukkende, vochtige warmte van de Surinaamse buitenlucht is de koele airconditioning lucht van de Intensive Care zeer welkom. Ik snuif de doordringende alcohol lucht op en haast me naar de artsenkamer. Het regent hier vaker dan dat het droog is, dus taxi’s zijn de voornaamste bron van transport. Helaas zijn deze niet altijd even betrouwbaar en is het een kunst om op tijd te komen.

We bespreken kort de patiënten die op zaal liggen. Updates van de patiënten die er al langer liggen. Een uitgebreider verslag van nieuwe opnames. Vele namen, geboortedata, voorgeschiedenissen en ziektebeelden schieten voorbij. Mijn hoofd is al vol van alle nieuwe kennis en indrukken en nog wazig vanwege het vroege tijdstip, dus het kost me veel moeite alles te onthouden. We verdelen de patiënten onder de zaalartsen, wensen de nachtdienst een goede nachtrust (of is het dagrust?) en lopen de zaal op.

Vergeleken met het ziekenhuis ligt de Intensive Care er fantastisch bij. Geen schimmelplekken op het plafond, geen gaten in de grond en geen doorgeroeste bedden. De IC is een grote, balkvormige zaal met aan weerszijden bedden. Elk bed is volledig uitgerust met alles wat op een IC nodig is; beademingsapparatuur, pompen, monitors. Het geheel creëert een kakofonie van licht en geluid. Niet iedere patiënt wordt beademd, maar alle patiënten geven dezelfde zieke, zwakke indruk.

Ik bekijk het lijstje in mijn handen. Bed 1; jonge moeder van vier, opgenomen vanwege post-partum cardiomyopathie (hartfalen ná en dóór de zwangerschap). Gisteren hebben we ontdekt dat ze een groot herseninfarct en meerdere longembolieën heeft doorgemaakt. De vier kinderen zullen opgroeien zonder moeder. Ernaast, op bed 2, ligt een oudere man die onderweg naar zijn werk op de fiets is aangereden door een auto. Negen ribfracturen, een klaplong met bloed. Hij gaat al enkele dagen hard achteruit en de familie is inmiddels in huis om bij zijn sterven aanwezig te zijn. Een ander verkeersslachtoffer ligt op bed 3. De patiënt was aangereden door een auto terwijl hij een brommer bestuurde, met een hersenbloeding als gevolg. Hij ligt al enkele weken in coma maar is gelukkig stabiel. Bed 4 is leeg. De patiënt is ’s nachts overleden. Naast het lege bed staat een wieg. Een bijzonder stukje onschuld te midden van de sterliteit. De baby van acht maanden is, samen met zijn moeder op bed 6, de afgelopen nacht opgenomen. Ook vader heeft kort het ziekenhuis van binnen gezien maar kon na een paar hechtingen op het hoofd zijn roes thuis uitslapen. Moeder en kind waren minder gelukkig. Uit de auto geslingerd omdat deze tot stilstand kwam tegen een paal. Beiden ernstige hersenletsel. Niets klopt aan een baby op de IC. De beademingsvolumes schandalig laag, de doseringen van de medicatie bijna homeopathisch, het kleine lichaam omringd door alle buizen en slangen.

Ik passeer al deze bedden. Vandaag heb ik de zorg over de patiënten achterin de IC, wat ook wel de Medium Care wordt genoemd. Hier liggen de mensen die er beter aan toe zijn en wachten op ontslag naar de gewone afdeling, of minder intensieve zorg nodig hebben. De uitzondering ligt in de isolatiebox waar ik voor blijf staan. Een jongeman, opgenomen met onbegrepen infecties welke bleken te berusten op een vergevorderd stadium van AIDS. Zijn hersenen en longen laten ondanks de uitgebreide behandelingen geen verbetering zien. Zijn waarden zijn abominabel slecht. De familie heb ik al meerdere keren verteld dat het niet goed gaat komen. Vandaag lijkt de dag die zij het meest vreesden te zijn gekomen. De vitale parameters hollen achteruit, de patiënt ligt happend naar lucht in bed. De ogen weggedraaid in gezicht met een onnatuurlijke kleur. Ik spreek pijnstillende medicatie af en laat de familie snel naar binnen om bij het sterven aanwezig te zijn. Enkele seconden nadat zij binnen lopen blaast de jongen zijn laatste adem. Direct wordt de IC gevuld door het gehuil en geschreeuw van de familie, enkelen laten zich vallen op de grond. Ik wens ze kort en onhandig sterkte en loop door naar de andere patiënten. Mijn rol in het verdriet van de familie is niet bijdragend, niet op dit moment.

Later komt een oom, zijn ogen rood van de tranen, naar me toe. “Bedankt dokter.” De dankbaarheid is zelfs door het intense verdriet van zijn gezicht af te lezen. Ik kan de juiste woorden niet vinden. We hebben alles geprobeerd, maar niets voor deze jongen kunnen betekenen. Een terechte dankbaarheid voel ik niet. Ik wens hem veel sterkte en verzeker hem dat ik de hele dag bereikbaar ben voor een gesprek. De oom zie ik nooit meer terug.

Gelukkig was er die dag ook goed nieuws. Een vrouw die al twee maanden op de IC had gelegen, een aantal zeer diepe dalen had doorgemaakt, kon vandaag in goede conditie naar de afdeling. Ze lacht zwak naar me als ik haar het nieuws vertel. Ze vraagt wanneer ze weer voor haar honden en vogels kan zorgen. Ik vraag hoe de dieren heten. Dat kan ze zich niet herinneren. Haar gezicht diep in gedachten verzonken, maar de herinneringen laten haar in de steek. De herinneringen komen wel terug. Ze kan nu langzaam weer naar herstel en een terugkeer naar huis werken.

Een verblijf op de Intensive Care is extreem ingrijpend. In het slechtste geval moeten wij alle functies van het lichaam overnemen; ademhalen via een machine, medicatie om de bloeddruk en hartslag op niveau te houden, sedatie om het brein rust te geven, een katheter om urine op te vangen. Mensen liggen dagen, zo niet weken stil in bed. Spieren breken in hoog tempo af, ook de ademhalingsspieren en blaasspier blijven niet gespaard. Breedgeschouderde mannen liggen na enkele dagen als slungelige pubers na een groeispurt in bed. Als mensen na een lange ziekteperiode ontwaken, begint het pas. Een ellenlange, intensieve revalidatie volgt. In het beste geval moeten mensen alleen een beetje spierkracht terugkrijgen en voldoende eten. In het slechtste geval volgt blaastraining om weer te kunnen plassen, zijn de zenuwen en hersenen aangedaan zodat zowel het gevoel als geheugen langzaam terug moet komen en moeten patiënten weer ‘leren’ ademhalen.

Veel tijd om hierbij stil te staan heb ik niet. De Spoedeisende Hulp vraagt om assistentie bij een reanimatie. Inmiddels ben ik de tijd kwijt geraakt hoe vaak we de gang naar de SEH door zijn gerend.  

Begrijp me niet verkeerd. Alhoewel ik nu een somber beeld schets van het werk op de Intensive Care, gebeuren er gelukkig genoeg goede dingen. Mensen die na een zware operatie een nacht ter observatie verblijven en al snel in goede conditie naar de afdeling kunnen. Regelmatig nemen we ook mensen op ter bewaking; te ziek om naar een afdeling te gaan, maar nog niet zo ziek dat we alles uit de IC kast hoeven te trekken. Het team wat er werkt is fantastisch en de onderlinge binding sterk. We kunnen zóveel, maar soms is alles niet genoeg.  

Helaas is het zo dat bovenstaande casussen het meeste bijblijven. Omdat ze een diepe indruk achterlaten en de mensen achter de verhalen lang op de IC verblijven. We spreken intensief met de familie en krijgen daardoor een veel sterker beeld van de mensen achter de patiënt. Vorig jaar op de SEH was dat anders. Daar was de ziektelast vaak even zwaar, maar was het contact minder lang en intensief. Het kost me nu meer moeite om de soms wrede realiteit van de IC te accepteren. Langzame stappen zet ik vooruit, maar als ik inderdaad een toekomst als intensivist wil nastreven, is het de harde lessen meer dan waard.

Het werk zelf op de Intensive Care is geweldig. Als ‘geneeskunde nerd’ en tropen enthousiast kan ik hier mijn geluk op. De werking en fysiologie van het menselijk lichaam kan op geen manier in kaart gebracht worden als op de IC. Juist omdat je overal op kan ingrijpen, is kennis van al deze processen essentieel. Het werk is ook niet beperkt tot een enkel specialisme maar omvat zo mogelijk de volledige breedte van de geneeskunst. Het werk is uitdagend, intrigerend en soms beangstigend; voor mij ligt de aantrekkingskracht juist in deze eigenschappen. Een perfecte mix tussen diep intern denken en acuut handelen.

’s Middag dragen we alle patiënten weer over aan de avonddienst. Het voordeel van een dienststructuur is het zeldzame voorkomen van overwerken. Het proces van vanochtend is nu precies omgedraaid; de aangename warmte van Suriname drijft de kunstmatig opgewekte kou uit mijn lichaam. Het is nog relatief vroeg. Mijn rommelende maag help me herinneren dat ik mijn lunch vergeten ben in alle drukte. Ik passeer het gebouw waar de bedrijfsarts huist die mij twee weken met zware antibiotica wilde behandelen voor een compleet onschuldige darmparasiet. Een top-tot-teen medische keuring behoorde tot één van de voorwaarden voor een contract van het ziekenhuis. Met trots kan ik zeggen dat ik met vlag en wimpel geslaagd ben (de darmamoebe niet meegerekend). Ik moet een kleine lach onderdrukken. Op mijn netvlies het gezicht van de bedrijfsarts nadat ze een memo had ontvangen van de medisch microbioloog, dat het tijd wordt dat ze haar parasitologie kennis verfrist. Op straat negeer ik de vele taxichauffeurs en loop de drukke straat op. In de verte zie ik een aangenaam bord; Chris’ Roti shop.

Tijd om wat van de lokale cultuur te genieten.

Foto’s

4 Reacties

  1. Menno Windsma:
    24 mei 2017
    Hi
    Je voelt de intensiteit van je verhaal. Het blijft een warboel van emoties. Maar gelukkig geniet je ook van de mensen, de cultuur en de leermomenten. Het zijn bijzondere ervaringen. Koester ze. Kus pap
  2. Mariella Windsma:
    24 mei 2017
    Inderdaad "intens". De ziektebeelden, de ervaringen, de emoties. Wat prachtig weer onder woorden gebracht, maar wat intens! Gelukkig is er de roti die weer een glimlach tevoorschijn tovert. Kus mam
  3. Marien:
    25 mei 2017
    Mooi verhaal doc! Superleerzaam denk ik maar emotioneel klinkt het vrij pittig. Succes verder nog! Groeten uit de tjongerskans
  4. Judith Sie:
    25 mei 2017
    Weer een heftig maar mooi verhaal om te lezen! Succes en geniet van je roti.
    Groeten uit 't hearrenfean